forked from Helsinki-NLP/Tatoeba-Challenge
-
Notifications
You must be signed in to change notification settings - Fork 0
/
Copy pathtest.txt
2500 lines (2500 loc) · 180 KB
/
test.txt
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
163
164
165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
178
179
180
181
182
183
184
185
186
187
188
189
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
200
201
202
203
204
205
206
207
208
209
210
211
212
213
214
215
216
217
218
219
220
221
222
223
224
225
226
227
228
229
230
231
232
233
234
235
236
237
238
239
240
241
242
243
244
245
246
247
248
249
250
251
252
253
254
255
256
257
258
259
260
261
262
263
264
265
266
267
268
269
270
271
272
273
274
275
276
277
278
279
280
281
282
283
284
285
286
287
288
289
290
291
292
293
294
295
296
297
298
299
300
301
302
303
304
305
306
307
308
309
310
311
312
313
314
315
316
317
318
319
320
321
322
323
324
325
326
327
328
329
330
331
332
333
334
335
336
337
338
339
340
341
342
343
344
345
346
347
348
349
350
351
352
353
354
355
356
357
358
359
360
361
362
363
364
365
366
367
368
369
370
371
372
373
374
375
376
377
378
379
380
381
382
383
384
385
386
387
388
389
390
391
392
393
394
395
396
397
398
399
400
401
402
403
404
405
406
407
408
409
410
411
412
413
414
415
416
417
418
419
420
421
422
423
424
425
426
427
428
429
430
431
432
433
434
435
436
437
438
439
440
441
442
443
444
445
446
447
448
449
450
451
452
453
454
455
456
457
458
459
460
461
462
463
464
465
466
467
468
469
470
471
472
473
474
475
476
477
478
479
480
481
482
483
484
485
486
487
488
489
490
491
492
493
494
495
496
497
498
499
500
501
502
503
504
505
506
507
508
509
510
511
512
513
514
515
516
517
518
519
520
521
522
523
524
525
526
527
528
529
530
531
532
533
534
535
536
537
538
539
540
541
542
543
544
545
546
547
548
549
550
551
552
553
554
555
556
557
558
559
560
561
562
563
564
565
566
567
568
569
570
571
572
573
574
575
576
577
578
579
580
581
582
583
584
585
586
587
588
589
590
591
592
593
594
595
596
597
598
599
600
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
611
612
613
614
615
616
617
618
619
620
621
622
623
624
625
626
627
628
629
630
631
632
633
634
635
636
637
638
639
640
641
642
643
644
645
646
647
648
649
650
651
652
653
654
655
656
657
658
659
660
661
662
663
664
665
666
667
668
669
670
671
672
673
674
675
676
677
678
679
680
681
682
683
684
685
686
687
688
689
690
691
692
693
694
695
696
697
698
699
700
701
702
703
704
705
706
707
708
709
710
711
712
713
714
715
716
717
718
719
720
721
722
723
724
725
726
727
728
729
730
731
732
733
734
735
736
737
738
739
740
741
742
743
744
745
746
747
748
749
750
751
752
753
754
755
756
757
758
759
760
761
762
763
764
765
766
767
768
769
770
771
772
773
774
775
776
777
778
779
780
781
782
783
784
785
786
787
788
789
790
791
792
793
794
795
796
797
798
799
800
801
802
803
804
805
806
807
808
809
810
811
812
813
814
815
816
817
818
819
820
821
822
823
824
825
826
827
828
829
830
831
832
833
834
835
836
837
838
839
840
841
842
843
844
845
846
847
848
849
850
851
852
853
854
855
856
857
858
859
860
861
862
863
864
865
866
867
868
869
870
871
872
873
874
875
876
877
878
879
880
881
882
883
884
885
886
887
888
889
890
891
892
893
894
895
896
897
898
899
900
901
902
903
904
905
906
907
908
909
910
911
912
913
914
915
916
917
918
919
920
921
922
923
924
925
926
927
928
929
930
931
932
933
934
935
936
937
938
939
940
941
942
943
944
945
946
947
948
949
950
951
952
953
954
955
956
957
958
959
960
961
962
963
964
965
966
967
968
969
970
971
972
973
974
975
976
977
978
979
980
981
982
983
984
985
986
987
988
989
990
991
992
993
994
995
996
997
998
999
1000
nld tur Tom verloor de race. Tom yarışı kaybetti.
nld tur De vlag van Indonesië en die van Polen gelijken op elkaar. Endonezya bayrağı ile Polonya'nınki birbirine benziyor.
nld tur Maak nooit ruzie met een vrouw als ze moe is. Eğer yorgunsa, bir kadınla asla kavga etme.
nld tur Ik heb Roemenië een aantal jaar geleden bezocht. Birkaç yıl önce Romanya'yı gördüm.
nld tur Tom komt bijna ieder weekend naar huis. Tom nerdeyse her hafta sonu eve gelir.
nld tur Ik ken het eind van het verhaal niet. Hikayenin sonunu bilmiyorum.
nld tur Ze kwamen de herberg binnen en de drie gingen aan tafel zitten maar niemand had trek. Onlar yolcu hanına girdi ve üçü masaya yerleşti fakat onlardan hiçbirinin iştahı yoktu.
nld tur Het nieuwe jaar komt met zevenmijlslaarzen nader. Yeni yıl dev adımlarla yaklaşıyor.
nld tur Zij noemt mij Kenji. Beni Kenji diye çağırır.
nld tur Hee jij daar! Wat ben je aan het doen? Hey, sen! N'apıyorsun?
nld tur Zij willen beroemd worden. Ünlü olmak istiyorlar.
nld tur De ouders kunnen met hun kind samen een puzzeltje maken. Ebeveynler çocuklarıyla birlikte bir bulmaca yapabilir.
nld tur Tom deed zijn best om Mary te overtuigen. Tom Mary'yi ikna etmek için elinden geleni yaptı.
nld tur Ik heb drie honden. Eentje is mannelijk en de andere twee zijn vrouwelijk. Üç köpeğim var. Biri erkek ve diğer ikisi dişidir.
nld tur Ik ben de sleutel van mijn auto verloren. Arabamın anahtarını kaybettim.
nld tur Hoeveel maanden kan je hier blijven? Burada kaç ay kalabilirsin?
nld tur Ze is net twintig geworden. O henüz yirmiye girdi.
nld tur Ik had ’m geleend! Onu ödünç almıştım!
nld tur Hij stelde me een vraag. O, bana bir soru sordu.
nld tur Waarvandaan vertrekken de bussen naar het vliegveld? Havaalanı otobüsleri nereden kalkıyor?
nld tur Je zei dat hij Tom heette, toch? Onun adının Tom olduğunu söyledin, değil mi?
nld tur Het was in het jaar tweeduizend. İki bin yılındaydı.
nld tur Het geluid werd steeds zachter. Ses gittikçe zayıfladı.
nld tur Ik word gek van jou. Beni deli ediyorsun.
nld tur Op wie wacht je? Kimi bekliyorsun?
nld tur Ik heb geen moeder en geen vader. Annem ve babam yok.
nld tur Ik dacht dat je je hiervoor wel zou interesseren. Bununla ilgilenebileceğini düşündüm.
nld tur Je bent erg schaamteloos. Çok arsızsın.
nld tur Ik besta niet voor jou. Ben senin için mevcut değilim.
nld tur De trein kwam stipt op tijd. Tren zamanında vardı.
nld tur Hij wist te ontsnappen. O kaçmayı başardı.
nld tur Tien minuten geleden werd de ruit ingegooid. On dakika önce cam kırıldı.
nld tur De meisjes vernielen iedere keer hun kleren. Kızlar her seferinde elbiselerini tahrip ediyorlar.
nld tur Tot de volgende zaterdag. Haftaya cumartesi görüşürüz.
nld tur Ik ben een held. Ben bir kahramanım.
nld tur Ik haat mijzelf. Kendimden nefret ediyorum.
nld tur Gisteren las ik een interessant verhaal. Dün ilginç bir hikaye okudum.
nld tur Ik beloof dat ik deze sessie niet zal vergeten. Söz veriyorum, ben bu oturumu unutmayacağım.
nld tur De jongen liep weg zonder om te kijken. Erkek çocuk dönüp bakmadan sıvıştı.
nld tur Ik ben geen dokter. Ben bir doktor değilim.
nld tur Zonder tv kan ik niet leven. Televizyon olmadan yaşayamam.
nld tur "Ik hou van jou." "Ik hou ook van jou." Seni seviyorum- Ben de seni seviyorum.
nld tur Hij speelt erg goed piano. O çok iyi piyano çalar.
nld tur Ik ben erg ziek. Çok hastayım.
nld tur Is zij vrij vanavond? Bu akşam boş mu?
nld tur Heb je besloten om naar Japan te gaan? Japonya'ya gitmeye karar verdin mi?
nld tur Ze was niet op school voor vijf dagen. O beş gündür okula gelmiyor.
nld tur Hoe werken deze dingen? Bu şeyler nasıl çalışıyor?
nld tur Ik ben zo bang. Çok korkuyorum.
nld tur In de kamer stond een piano, maar er was niemand die erop speelde. Odada bir piyano duruyordu, ama onu çalan kimse yoktu.
nld tur Ik ben zeker dat mama kwaad zal zijn. Annemin kızacağından eminim.
nld tur Mary is een boekenwurm. Mary bir kitap kurdu.
nld tur Ik wil nooit meer eten. Artık yemek istemiyorum.
nld tur Hij is onbeheerst. O kontrol edilemez.
nld tur Deze appels zijn groot. Bu elmalar büyük.
nld tur Ik kom uit Diyarbakir. Diyarbakır'lıyım.
nld tur Ik geloof dat ik gelijk heb. Haklı olduğuma inanıyorum.
nld tur We zijn geadopteerd. Biz evlatlık alındık.
nld tur Ze was niet op school voor vijf dagen. Beş gündür okula gitmedi.
nld tur Raad maar. Tahmin et.
nld tur Is Mike gestopt met drinken? Mike içmeyi bıraktı mı?
nld tur Ik begrijp niet waarom hij de waarheid niet zei. Onun neden gerçeği söylemediğini anlayamıyorum.
nld tur Maria draagt dikwijls schoenen met hoge hakken. Mary sık sık yüksek topuklu giyer.
nld tur We hebben bezoek. Misafirimiz var.
nld tur Ik ben tweemaal in Londen geweest. Ben iki kez Londra'da bulundum.
nld tur Kort haar staat hem beter. Kısa saç ona daha iyi duruyor.
nld tur Het ziet er naar uit dat ik vanavond de hele nacht wakker blijf. Bu akşam tüm gece uykusuz kalacağım gibi görünüyor.
nld tur Ruik ik niet lekker? Güzel kokmuyor muyum?
nld tur Slaap lekker, Timmy. İyi uyu Timmy.
nld tur De drijfas is verbonden met een zuiger. Matris dingil bir pistona bağlıdır.
nld tur Wie heeft het Witte Huis ontworpen? Beyaz Saray'ı kim tasarladı?
nld tur Iedereen kende dit liedje. Herkes bu şarkıyı biliyordu.
nld tur Ik zuip niet. Ben fazla içmem.
nld tur Je mag me gerust tutoyeren. Bana rahatça sen diye hitap edebilirsin.
nld tur Ik heb nooit gepraat. Hiç konuşmadım.
nld tur Waar het hart vol van is, loopt de mond van over. Dervişin fikri neyse zikri de odur.
nld tur Als je wilt, vertel ik wat Tom heeft gezegd. İstersen Tom'un ne söylediğini sana söylerim.
nld tur Niemand kan jou vervangen. Kimse senin yerini alamaz.
nld tur Zij is een van mijn beste vrienden. O en iyi arkadaşlarımdan biri.
nld tur Ik ben opgegroeid op het platteland. Kırsalda büyüdüm.
nld tur Litouwen is lid van de Europese Unie. Litvanya Avrupa Birliği'nin bir üyesidir.
nld tur Hoe groot is het minimumloon in China? Çin'de asgari ücret ne kadar?
nld tur Deze zin wil ik niet vertalen. Bu cümleyi tercüme etmek istemiyorum.
nld tur Het beweegt niet! Kımıldamıyor!
nld tur Ik ben acht jaar geleden getrouwd. Sekiz yıl önce evlendim.
nld tur Komt Tom? Tom geliyor mu?
nld tur Ik wil bovenal gezond zijn. Her şeyden önce sağlıklı olmak istiyorum.
nld tur Wat wil je voor het ontbijt? Kahvaltı için ne istiyorsun?
nld tur Ik geloof dat Tom helemaal gelijk heeft. Tom'un tamamen haklı olduğuna inanıyorum.
nld tur Akkoord. Anlaştık.
nld tur Trier is de oudste stad van Duitsland. Trier, Almanya'nın en eski şehridir.
nld tur Ik heb geen hulp nodig. Yardıma ihtiyacım yok.
nld tur Haar luiheid was een slecht teken voor de toekomst. Onun tembelliği, gelecek için kötü bir işaretti.
nld tur Het spel werd wegens de regen uitgesteld. Yağmur dolayısıyla oyun ertelendi
nld tur Goedendag, waarmee kan ik u van dienst zijn? Merhaba, size nasıl yardımcı olabilirim?
nld tur Is hij geneesheer? O doktor mu?
nld tur Ik kan een goed hotel aanbevelen. İyi bir otel önerebilirim.
nld tur De politie arresteerde de verdachte. Polis şüpheliyi tutukladı.
nld tur Was dat alles wat je gezien hebt? Tüm gördüğün o muydu?
nld tur Ik denk, dat ze dit verhaal heeft verzonnen. Sanırım o hikayeyi o uydurdu.
nld tur Voel je je ziek? Kendini hasta hissediyor musun?
nld tur Hebt ge hem veel gezien de laatste tijd? Onu bugünlerde çok görüyor musun?
nld tur Laat hem uitspreken. Bırak anlatsın.
nld tur Er staat nog steeds niets in de krant. Hâlâ gazetede bir şey yok.
nld tur Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen. Tüm insanlar özgür, şeref ve haklar bakımından eşit doğar. Akıl ve vicdana sahiplerdir ve birbirlerine karşı kardeşlik ruhuyla hareket etmelidir.
nld tur Poets je tanden na iedere maaltijd. Her yemekten sonra dişlerini fırçala.
nld tur Je zou beter stoppen met roken. Sigarayı içmeyi bıraksan iyi olur.
nld tur Dat kan niet! Bu olamaz!
nld tur Maar die mogelijkheid lijkt onwaarschijnlijk. Fakat bu ihtimal pek mümkün görünmüyor.
nld tur Dat ding wil iets van ons. O şey bizden bir şey istiyor.
nld tur Ik ben opgegroeid op het platteland. Taşrada büyüdüm.
nld tur De beslissing is nog niet zeker. Karar henüz kesinleşmiş değil.
nld tur Jean en Kate zijn een tweeling. Jean ve Kate ikizdirler.
nld tur Hij werkt bij een wetenschappelijk instituut waar taalkundigen, letterkundigen, historici, sociologen, economen en andere wetenschappers onderzoek doen naar alles wat met kabouters te maken heeft. O bilimsel bir enstitüde çalışır, ki orada dilbilimciler, edebiyat bilim adamları, tarihçiler, sosyologlar, ekonomistler ve diğer bilim adamları cücelerle ilgili yapılması gereken her şeyi araştırıyorlar.
nld tur Doe je zaklamp uit, ze zal je zien. El fenerini kapatsana, seni görecek.
nld tur Tom kijkt liggend op de bank televisie. Tom koltukta uzanmış, televizyon seyrediyor.
nld tur Van wie hou je veel? En çok kimi seviyorsun?
nld tur Meneer dinges heeft je gebeld. Şey bey seni aradı.
nld tur Als hij naar jou gevraagd heeft, moet je gaan. Seni istemişse, gitmelisin.
nld tur Hij geraakte van de regen in de drop. Yağmurdan kaçarken doluya tutuldu.
nld tur Dat is m'n vader die thee drinkt. Şu çay içen benim babamdır.
nld tur Ik ben het kwijtgeraakt. Onu kaybettim.
nld tur Kan het ons wat schelen? Umrumuzda mı?
nld tur Hoe oud is dat schilderij? O tablo kaç yıllık?
nld tur Mijn hobby is muziek beluisteren. Hobim müzik dinlemektir.
nld tur Sciencefiction bevalt me meer. Bilim kurguyu daha çok seviyorum.
nld tur Het is onmogelijk twee dingen tegelijk te doen. İki şeyi aynı anda yapmak olası değildir.
nld tur Wil je iets eten? Bir şey yemek ister misin?
nld tur Dat is een Japanse pop. O bir Japon bebeği.
nld tur Tom heeft het venster opzettelijk gebroken. Tom bilerek pencereyi kırdı.
nld tur Tom voelde zich als een domkop. Tom, kendini bir aptal gibi hissetti.
nld tur Ik drink thee zonder suiker. Çayı şekersiz içerim.
nld tur Ik heb niets te doen. Yapacak bir şeyim yok.
nld tur Kan ik even alleen met je spreken? Seninle biraz yalnız konuşabilir miyim?
nld tur Hoorde je niet wat Tom zei? Tom'un söylediğini duymadın mı?
nld tur Ik mocht bellen. Telefon edebildim.
nld tur Hij houdt van auto's, terwijl zijn broer ze haat. Erkek kardeşi arabalardan nefret ederken, o seviyor.
nld tur Rubén is vader van drie kinderen. Rubén üç çocuk babasıdır.
nld tur Ik had mijn broek besteld bij een grote winkel. Paltomu büyük bir mağazadan ısmarladım.
nld tur Heb ik je ooit gezegd dat ik van je hou? Sana seni sevdiğimi hiç söylemiş miydim?
nld tur Waarom verklapte je de mensen mijn geheimen? Neden sırlarımı insanlara ifşa ettin?
nld tur Ik deed niets. Hiçbir şey yapmadım.
nld tur Ik heb je nog nooit zo gezien. Seni hiç böyle görmedim.
nld tur Als hij moe is, laten we dan gaan. Yorgun ise, gidelim.
nld tur Ik wil rusten. Dinlenmek istiyorum.
nld tur Tom houdt erg van dieren. Tom hayvanları çok sever.
nld tur Ik begrijp het nieuws niet. Haberleri anlamıyorum.
nld tur Ik ben te klein. Ben çok küçüğüm.
nld tur Kan je met stokjes eten? Çubuklarla yiyebilir misin?
nld tur Ze noemde hun baby Jane. Onlar bebeklerine Jane adını verdiler.
nld tur Dit boek gaat over een koning die zijn kroon verliest. Bu kitap, tacını kaybeden bir kral hakkında.
nld tur Ik geloof dat je je vergist. Yanıldığını düşünüyorum.
nld tur Het spijt me, maar Tom heeft gelijk. Kusura bakma, ama Tom haklı.
nld tur Ik weet niet of ik tijd heb. Vaktim olup olmadığını bilmiyorum.
nld tur Ik ben op dit moment op de campus. Ben şu an kampüsteyim.
nld tur Gooi maar in mijn pet. Öyle şeylerden anlamam.
nld tur Wat een geluk heeft hij! Amma şansı var!
nld tur Ze zei dat ze goede vrienden van haar waren. Onun iyi arkadaşları olduklarını söyledi.
nld tur Ik vind mijn Japans erg slecht. Japoncamı gerçekten kötü buluyorum.
nld tur Het is moeilijk om uit bed te komen op koude morgens. Soğuk sabahlarda yataktan çıkmak zordur.
nld tur Er is nog maar één vraagje open. Geriye, sorulması gereken tek soru kaldı.
nld tur Tom en ik zijn met elkaar getrouwd. Tom ve ben birbirimizle evliyiz.
nld tur Zweert u de waarheid te zeggen, de hele waarheid, niets dan de waarheid? Gerçeği, yalnızca gerçeği söyleyeceğinize yemin eder misiniz?
nld tur Het is heel ver van hier. O, buradan çok uzak.
nld tur Ik geloof dat hij te vertrouwen is. Onun güvenilir olduğuna inanıyorum.
nld tur Ik ben de hele week ziek geweest. Bütün hafta hastaydım.
nld tur Elke deur in het huis is vergrendeld. Evdeki her kapı kilitlidir.
nld tur Deze deur gaat niet open. Bu kapı açılmaz.
nld tur Tom is een rijke man. Tom, zengin bir adam.
nld tur Zijn kleinkind woont in Nederland. Onun torunu Hollanda'da yaşıyor.
nld tur De lente was voorbij en de zomer begon. İlkbahar bitti ve yaz geldi.
nld tur Wie houdt van Sachiko? Sachiko'yu kim seviyor?
nld tur Mary is er nog niet of zou ze soms de trein hebben gemist? Mary daha gelmedi, yoksa treni mi kaçırdı?
nld tur Hij is niet dommer dan gij. O senden daha aptal değil.
nld tur Hoeveel huur betaal je voor het appartement? Bu apartman dairesi için ne kadar kira veriyorsunuz?
nld tur Laten we een taxi nemen. Bir taksiye binelim.
nld tur Heb je geen trek? İştahın yok mu?
nld tur Dit bedrag is minder dan de helft van het budget van de Europese Unie. Bu rakam, Avrupa Birliği'nin bütçesinin yarısından azdır.
nld tur Ik verveel me. Canım sıkılıyor.
nld tur Kom vooral morgen niet opdagen, dan zul je het wel merken. Hele hele yarın gelme, görürsün.
nld tur Vroeger was ook in huis een gaslamp als lichtbron heel gewoon. Eskiden evde ışık kaynağı olarak, gaz lambası çok normaldi.
nld tur Om hoe laat ben je thuis gekomen? Ne zaman eve gittin?
nld tur Deze dag zal de geschiedenis ingaan. O gün tarihe geçecek.
nld tur Ik ben tegen ieder soort oorlog. Ben savaşın her türüne karşıyım.
nld tur Wanneer ben jij gekomen? Ne zaman geldin?
nld tur Binnenkort zijn we er. Çok geçmeden orada olacağız.
nld tur Ik heb de hele dag voor ze gezorgd. Bütün gün onlara baktım.
nld tur Ik had gelijk. Haklıydım.
nld tur Er bestaat geen twijfel over wie er gekozen zal worden. Kimin seçileceği hakkında hiçbir şüphe yok.
nld tur Als hij mij zou mogen, dan zou hij komen. Beni sevseydi, o zaman gelirdi.
nld tur Dat is het meisje dat ik goed ken. O, benim iyi tanıdığım kızdır.
nld tur Ik kan niet helemaal volgen. Tamamen takip edemiyorum.
nld tur Het gaat goed met mij. İyiyim.
nld tur Je mag meebrengen wie je maar wil. Kimi istersen yanında getirebilirsin.
nld tur Kan ik je iets laten zien? Sana bir şey gösterebilir miyim?
nld tur Ik ben in de war. Wat moet ik nu doen? Kafam karışık. Şimdi ne yapmalıyım?
nld tur Het is geen aangenomen werk. Götürü iş değil ya.
nld tur Ik kan dit allemaal niet geloven. Bütün bunlara inanamıyorum.
nld tur Wil je daar frietjes bij? Onunla birlikte patates kızartması ister misin?
nld tur Gelukkig Nieuwjaar! Mutlu yıllar!
nld tur We hebben een nieuwe architect nodig. Yeni bir mimara ihtiyacımız var.
nld tur Daar had ik geen tijd voor. Onun için zamanım olmadı.
nld tur Zij mocht komen eten. Yemeğe gelebilirdi.
nld tur Ik had ’t jullie willen vertellen. Size anlatmak istemiştim.
nld tur Men onderscheidt verschillende soorten vissen. İnsanlar balıkları farklı türlere ayırırlar.
nld tur We hebben gedaan wat Tom zei. Tom'un yapmamızı söylediği şeyi yaptık.
nld tur We kennen hem. Biz onu tanırız.
nld tur Je moet je leven leven. Hayatın yaşanılması gerekiyor.
nld tur Ik eet geen vlees. Et yemem.
nld tur Ik blijf hierbuiten. Ben bunun dışında kalıyorum.
nld tur Hij praat alsof hij alles weet. Sanki her şeyi biliyormuş gibi konuşur.
nld tur Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig. Anlayana sivrisinek saz, anlamayana davul zurna az.
nld tur Zij is van plan het met haar vriend uit te maken. Erkek arkadaşından ayrılmayı planlıyor.
nld tur Ze had geen idee wat ze moest doen. Ne yapacağı hakkında hiçbir fikri yoktu.
nld tur Gisteren heb ik je ouders ontmoet. Dün ebeveynlerine rastladım.
nld tur Nu gaan we terug naar de eerste etage. Şimdi birinci kata geri dönüyoruz.
nld tur Hij was direct naar u toe gegaan. Doğru size gittiydi.
nld tur Bel Tom maar en zorg dat hij er om acht uur is in plaats van tien. Tom'u ara da saat on yerine sekizde orada olsun.
nld tur Papier, karton, glas en tuinafval worden gescheiden opgehaald. Kâğıt, karton, cam ve bahçe artıkları ayrı alınır.
nld tur Ben je niet bang? Korkmuyor musun?
nld tur Nu niet! Şimdi olmaz!
nld tur Het is onmogelijk twee dingen tegelijk te doen. İki şeyi aynı anda yapmak imkânsızdır.
nld tur Hij bloosde nadat de meisjes naar hem floten op straat. Kızların sokakta ona ıslık çalmasından sonra onun yüzü kızardı.
nld tur Hij kan nauwelijks lezen. O güçlükle okuyabiliyor.
nld tur Is het gemakkelijk voor mij om dit probleem op te lossen? Bu problemi çözmek benim için kolay mı?
nld tur Ik droom ervan een leraar te worden. Öğretmen olmayı hayal ediyorum.
nld tur Ze weet niet wie de vader is. Babanın kim olduğunu bilmiyor.
nld tur Ik kom uit Turkije. Ben Türkiyeliyim.
nld tur Je had alle deuren op slot of tenminste dicht moeten doen. Bütün kapıları kilitlemeli, en azından kapatmalısın.
nld tur Waarvoor gebruik je het? Ne yapıyorsun onunla?
nld tur Hij heeft ons geschapen. O yarattı bizi.
nld tur Wat heeft hij gezegd? O ne dedi?
nld tur We moeten vlug zijn. Çabuk olmalıyız.
nld tur Wat denk je daar van? Onun hakkında ne düşünüyorsun?
nld tur Waarom zou ik dat niet doen? Bunu neden yapmamalıyım?
nld tur Ben je zeker dat hij het was? Onun olduğundan emin misin?
nld tur Dit is de plaats waar mijn vader geboren is. Burası babamın doğduğu yer.
nld tur Roken is verboden in de lift. Asansörde sigara içilmez!
nld tur Ik ga naar een griezelfilm kijken. Korku filmi izleyeceğim.
nld tur Ik hoef het niet aan iemand te vragen. Kimseye sormak zorunda değilim.
nld tur Je zou hem beter persoonlijk aanspreken. Sen en iyisi git onunla bizzat konuş.
nld tur John woont in New York. John New York'ta yaşıyor.
nld tur Het is ons een genoegen. O zevk bize ait.
nld tur Jij zult de eerste zijn die het komt te weten. İlk bilen sen olacaksın.
nld tur De beste voetballer van de wereld was Pelé. Dünyanın en iyi futbolcusu Pele'ydi.
nld tur Het kwam zomaar uit mijn mond. Öylesine ağzımdan çıktı.
nld tur Dat is niets voor mij. Bu benim için hiçbir şey.
nld tur Goedemorgen! Günaydın.
nld tur Waarom ben je zo zenuwachtig? Neden bu kadar gerginsin?
nld tur Ik weet dat ik ongelijk heb. Haksız olduğumu biliyorum.
nld tur John is goed in wiskunde. John matematikte iyidir.
nld tur We kennen hem niet. Onu tanımıyoruz.
nld tur Ik vertelde aan Tom wat er gebeurd was. Olanları Tom'a anlattım.
nld tur Ik ben moe van het eentonige leven. Monoton hayattan yoruldum.
nld tur Het avondeten is klaar. Akşam yemeği hazır.
nld tur Ik wil geen köfte en dat soort spul. Köfte möfte istemiyorum ben.
nld tur Mike lacht. Mike gülüyor.
nld tur Dit is de plaats waar alles begon. Burası her şeyin başladığı yerdir.
nld tur Het lijkt buiten mijn macht. Gücümün dışında gibi görünüyor.
nld tur Wat maakt dat jij zo denkt? Sizi öyle düşündüren nedir?
nld tur Was hij maar gekomen. Geleydi.
nld tur Tom was hier, toch? Tom buradaydı, değil mi?
nld tur Ben je ziek? Hasta mısın?
nld tur Is er iets dat je wilt vragen? Sormak istediğin bir şey var mı?
nld tur Zijn jullie twee vrienden? İkiniz arkadaş mısınız?
nld tur Raad eens waar ik geweest ben? Neredeydim tahmin et.
nld tur Ga je zus helpen. Git ve kız kardeşine yardım et.
nld tur Er zijn maar weinig meubels in mijn huis. Evimde az mobilya var.
nld tur Doe alsof je mij niet gezien hebt. Beni görmemişsin gibi davran.
nld tur Vandaag is het zaterdag. Bugün cumartesidir.
nld tur De aalscholver zat op een paal en liet zijn vleugels drogen. Karabatak, bir direğin üstünde durup kanatlarını kurutuyordu.
nld tur Waar haal jij je ideeën vandaan? Senin bu fikirlerin nereden çıkıyor?
nld tur Welkom! Hoş geldiniz!
nld tur Mijn ogen zijn blauw. Gözlerim mavidir.
nld tur De sleutels zaten in mijn tas. Anahtarlar çantamdaydı.
nld tur Na het eten studeerde ze Japans. Akşam yemeğinden sonra Japonca çalıştı.
nld tur Hij is de hoofdkok van het restaurant. O, lokantanın başaşçısıdır.
nld tur Ze bakte een cake voor mij. Benim için bir pasta yaptı.
nld tur Ben jij een muzikant? Müzisyen misin?
nld tur Aan tafel! Sofraya!
nld tur Ik gaf hem drie boeken in ruil voor z'n hulp. Yardımına karşılık, ona üç kitap verdim.
nld tur Wat een teleurstelling! Ne bir hayal kırıklığı!
nld tur Er is precies genoeg tijd om er eentje te drinken. Bir tane içmek için tam yeterli vakit var.
nld tur Kom tot jezelf! Kendine gel!
nld tur Tom heeft een foto van een luchthaven. Tom'da bir havaalanı fotoğrafı var.
nld tur Elke minuut telt. Her dakika sayılır.
nld tur Ik ben niet doof. Sağır değilim.
nld tur Hier, een appel. İşte, bir elma.
nld tur Ze heeft haar kinderen in de steek gelaten. O, çocuklarını terk etti.
nld tur Was alsjeblieft je handen voor het eten. Lütfen yemekten önce ellerini yıka.
nld tur Tom volgde thuis onderwijs. Tom evde eğitilmişti.
nld tur Ik denk dat ik weet wat je wil zeggen. Sanırım ne demek istediğini biliyorum.
nld tur Ik ga naar de bibliotheek ten minste een keer per week. Haftada en az bir kez kütüphaneye giderim.
nld tur Ik had toen geen keus. O zaman başka seçeneğim yoktu.
nld tur Heb je een hobby? Bir hobin var mı?
nld tur Tom werkt voor de FBI. Tom, FBI için çalışıyor.
nld tur Onze hond kwispelt altijd met zijn staart als hij geaaid wordt. Köpeğimiz okşanırsa devamlı kuyruğunu sallar.
nld tur Kan je tien minuten wachten? On dakika bekleyebilir misiniz?
nld tur Tom wilde mij niet geloven. Tom bana inanmak istemiyordu.
nld tur Herinner je je die keer dat we samen naar Boston gingen? Birlikte Boston'a gittiğimiz zamanı hatırlıyor musun?
nld tur Welke krant lees je meestal? Genellikle hangi gazeteyi okursun?
nld tur Hoe durf je dat te zeggen. Bunu söylemeye nasıl cesaret edersin!
nld tur Ik lachte om zijn mop. Onun şakasına güldüm.
nld tur Ik dacht dat je hierin wel geïnteresseerd zou zijn. Bununla ilgilenebileceğini düşündüm.
nld tur Je bent een engel. Sen bir meleksin.
nld tur Hoe gaat het met je verkoudheid? Soğuk algınlığın nasıl gidiyor?
nld tur Kunt u mij zeggen wat dit betekent? Bunun ne anlama geldiğini bana söyleyebilir misiniz?
nld tur In Italië mag op de trein niet worden gerookt. İtalya'da trende sigara içilmez.
nld tur Hond bijt man is geen nieuws, maar man bijt hond, dat is nieuws. Köpek insanı ısırırsa haber olmaz, ama insan köpeği ısırırsa haber olur.
nld tur Ik ben blij dat je vroeg terug bent van kamp. Kamptan erken geldiğine sevindim.
nld tur O! Laat eens zien. Ah! Onu bana göster lütfen.
nld tur Bent u vergeetachtig? Unutkan mısınız?
nld tur Volgens mij is Japan een zeer veilig land. Bence Japonya çok güvenli bir ülke.
nld tur Al het speelgoed is van hout. Oyuncakların hepsi tahtadan yapılmış.
nld tur De kamer van mijnheer Johnson was een grote. Bay Johnson'ın odası büyük bir odaydı.
nld tur Kijk die vent nou! Hele bak şu adama!
nld tur Doe haar de groeten van me. Ona benden selam söyle.
nld tur De antenne van de auto is ingebouwd in de voorruit. Arabanın anteni, ön cam içinde monte edilmiştir.
nld tur Volgens mijn uurwerk is het vier uur. Benim saatime göre saat dört.
nld tur De tijd ging erg langzaam voorbij deze week. Bu hafta zaman çok yavaş geçti.
nld tur Welkom terug! Tekrar hoş geldiniz.
nld tur Zeg je dat Tom er iets mee te maken heeft? Bana Tom'un bununla bir ilgisi olmadığını mı söylüyorsun?
nld tur Wij moeten dit afmaken. Bunu bitirmemiz gerek.
nld tur Ik moest blijven. Kalmalıydım.
nld tur Ze vind het echt leuk om gedichten te schrijven. Şiir yazmayı gerçekten çok seviyor.
nld tur Ze zijn aanbidders van Ayten. Onlar Ayten’e hayran.
nld tur Tom is nog steeds in het ziekenhuis. Tom hâlâ hastanede.
nld tur Ik zal de badkamer het eerste gebruiken. Banyoyu önce ben kullanacağım.
nld tur Lucht is lichter dan water. Hava, sudan hafiftir.
nld tur In de zomervakantie heb ik op een postkantoor gewerkt. Yaz tatilinde bir postanede çalıştım.
nld tur Mensen blijven je verrassen. İnsanlar seni şaşırtıp duruyor.
nld tur Ik voel me geen allochtoon meer. Kendimi artık yabancı hissetmiyorum.
nld tur Als je iets doet, doe het dan goed. Yapmışken doğru yap.
nld tur Verbaasd zijn, zich verwonderen, is beginnen te begrijpen. Şaşırmak, merak etmek, anlamaya başlamaktır.
nld tur Ze wil niet instemmen met een scheiding. O, bir boşanmayı kabul etmeyecektir.
nld tur Ik gooide de schoenen uit het raam. Ayakkabıları pencereden attım.
nld tur Hij is geholpen. Ona yardım edildi.
nld tur Ik ben op zoek naar iemand die Portugees spreekt. Portekizce konuşan birini arıyorum.
nld tur We zullen nooit opgeven! Asla vazgeçmeyeceğiz!
nld tur Hij weet hoe hij een kameel moet berijden. Devenin nasıl sürüleceğini bilir.
nld tur Wat een gedoe! Ne koşuşturma!
nld tur Je moet niet meer geld uitgeven dan je verdient. Kazandığınızdan daha fazla para harcamamalısınız.
nld tur Ik heb geprobeerd Tom te overtuigen ons te helpen. Bize yardım etmesi için Tom'u ikna etmeye çalıştım.
nld tur De munten zijn uit metaal gemaakt. Madeni paralar metalden yapılmıştır.
nld tur Welke laptop heb ik nodig? Hangi dizüstü bilgisayara ihtiyacım var?
nld tur Ik heb geen enkel bewijs. Hiç kanıtım yok.
nld tur M'n man is overleden. Kocam vefat etti.
nld tur Dat meisje dat met John aan het praten is, dat is Susan. John ile konuşan bu kız Susan'dır.
nld tur Ben je doof of zo? Sen sağır mısın nesin?
nld tur Net op het moment dat ik naar bed zou gaan, ging de bel. Tam yatmak üzereyken, zil çaldı.
nld tur Het regent dat het giet. Bardaktan boşalırcasına yağmur yağıyor.
nld tur Tom zingt beter dan iedereen die ik ken. Tom, tanıdığım herkesten daha iyi şarkı söyler.
nld tur Wat kan je anders zeggen? Başka ne söyleyebilirsin?
nld tur Dat land heeft de oorlog verklaard aan zijn buurland. Bu ülke komşu ülkesine savaş ilan etti.
nld tur Toms beslissing om te trouwen verbaasde zijn familie. Tom'un evlenme kararı ailesini şaşırttı.
nld tur Een dergelijke negatieve zin zal ik niet vertalen. Böylesine olumsuz bir cümleyi çevirmeyeceğim.
nld tur Ik hou van kaarslicht. Mum ışığını severim.
nld tur Ik wil wat water drinken. Biraz su içmek istiyorum.
nld tur Dat zal ik maar als een compliment opvatten. Bunu iltifat olarak kabul ediyorum.
nld tur Tom kon zijn boterham niet op. Tom sandviçini bitiremedi.
nld tur Ja, dat is Anthony. Evet, o Anthony'dir.
nld tur Krijg de tering! Geber!
nld tur Hij zal het werk niet kunnen doen. İşi yapamayacak.
nld tur Ik wist eigenlijk niet wat ik moest zeggen. Ne söylemem gerektiğini aslında bilmiyordum.
nld tur Is er water op Mars? Mars'ta su var mı?
nld tur Heb ik u om een rooie cent gevraagd? Sizden bir metelik olsun istedim mi?
nld tur Ze zijn allemaal naar het restaurant gegaan. Onların hepsi lokantaya gitti.
nld tur Wie weet wat de toekomst brengt? Gelecek ne getirir, kim bilir?
nld tur Gaat hij ook mee? O da mı geliyor?
nld tur Wat een bizar verhaal! Ne garip bir hikaye!
nld tur Ik moet gewoon alleen zijn. Sadece yalnız olmam gerekiyor.
nld tur Wij moesten niet komen. Gelmemeliydik.
nld tur U weet wie hij is, hè? Onun kim olduğunu biliyorsunuz, değil mi?
nld tur Wat een mooi uitzicht! Ne güzel bir manzara!
nld tur Begrijp me niet verkeerd. Beni yanlış anlama.
nld tur Ze gaat zelden uit. O nadiren dışarı çıkar.
nld tur Mijn auto is niet sterk genoeg. Arabam yeterince güçlü değil.
nld tur Ik ben uw baas. Patronunuzum.
nld tur Ik weet waar hij vandaan komt. Onun nereli olduğunu biliyorum.
nld tur Ik ben zo blij je weer te zien. Seni tekrar gördüğüm için çok mutluyum.
nld tur Tom en Mary wilden niet wachten. Tom ve Mary beklemek istemediler.
nld tur Ik weet zeker dat je het leuk zult vinden. Ondan hoşlanacağından eminim.
nld tur Het is kiezen of delen. Ya yârdan ya serden geçeceksin.
nld tur Was ik een ondeugend kind? Ben yaramaz bir çocuk muydum?
nld tur Ik moet leren. Öğrenmek zorundayım.
nld tur Kan ik me ergens opknappen? Elimi yüzümü yıkayabileceğim bir yer var mı?
nld tur De maan is ondergegaan. Ay battı.
nld tur Tom gooide een steen naar de boom. Tom ağaca bir taş attı.
nld tur Al het speelgoed is van hout. Bütün oyuncaklar tahtadan.
nld tur Ik begrijp je vraag niet. Sorunu anlamıyorum.
nld tur Geen goud zonder schuim. Bu kadar kusur kadı kızında da bulunur.
nld tur Heb je de band? Bant sende mi?
nld tur Katten zijn luie beesten. Kediler tembel hayvanlardır.
nld tur Hoe kan je er zeker van zijn dat je vriendin geen orgasme veinst? Kız arkadaşının orgazm takliti yapmadığından nasıl emin olabilirsin?
nld tur Waar is de badkamer? Banyo nerede?
nld tur Ik ben hier om uw hulp te vragen. Sizden yardım istemek için buradayım.
nld tur Lucifera Vampirella is schattig. Lucifera Vampirella sevimlidir.
nld tur Hoe wist je dat hij getrouwd was? Onun evli olduğunu nasıl öğrendin?
nld tur Wij worden geholpen. Bize yardım ediliyor.
nld tur Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint. Oyunu hangi takımın kazanacağı önemli değil.
nld tur Ik heb een stempel nodig. Bir posta puluna ihtiyacım var.
nld tur Schikt het om twee uur? Saat iki sana uyar mı?
nld tur Kan ik met ze praten? Onlarla konuşabilir miyim?
nld tur We komen binnen. İçeri giriyoruz.
nld tur Werkt u op maandagen? Pazartesi günleri çalışır mısınız?
nld tur De kaai werd echt getroffen door de orkaan. İskele gerçekten kasırga tarafından vuruldu.
nld tur Mijn vader is in zijn kamer. Babam odasında.
nld tur Wie is aan de beurt? Kimin sırasıdır?
nld tur Hij zit altijd met zijn neus in de boeken. Burnu kitaptan kalkmaz.
nld tur Ach! Papa gaat naar China. Ah! Babam Çin'e gidiyor.
nld tur Aanbid geen andere goden of gesneden beelden. Başka tanrılara ya da oyulmuş heykellere tapma.
nld tur Als 't mag. Mahsuru yoksa.
nld tur Heb je dat niet op school geleerd? Onu okulda öğrenmedin mi?
nld tur Probeer het nog eens. Bir kere daha dene.
nld tur Waar gaat die bus naartoe? Bu otobüs nereye gidiyor?
nld tur Ik heb mijn hand gebrand. Elimi yaktım.
nld tur Ik heb nog steeds honger. Hâlâ açım.
nld tur Zeg me hoe je het hebt gedaan. Bana onu nasıl yaptığını söyle.
nld tur Kinderen hebben vaak een hekel aan spinazie. Çocuklar sıklıkla ıspanaktan nefret ederler.
nld tur Ik heb gedaan wat ik moest doen om terug te gaan naar mijn kinderen. Çocuklarıma kavuşabilmek için yapmam gerekeni yaptım.
nld tur Dit was precies wat hij zocht. Aradığı şey tam buydu.
nld tur Susan studeert als hoofdvak Amerikaanse geschiedenis. Susan Amerikan tarihi bölümünde okuyor.
nld tur Tom kocht een cadeautje voor Mary. Tom Mary için bir hediye aldı.
nld tur Welk T-shirt zal ik aandoen? Hangi tişörtü giyeyim?
nld tur Hij is mijn broer. O benim erkek kardeşim.
nld tur We moeten nu de noodtoestand afkondigen. Şimdi acil durumu bildirmeliyiz.
nld tur Het huis op de heuvel is heel oud. Tepedeki ev bayağı eski.
nld tur Wie zingt dit liedje? Bu şarkıyı kim söylüyor?
nld tur Aangezien hij het zegt, moet het wel waar zijn. Mademki öyle söylüyor, o doğru olmalı.
nld tur Zeg me dat alles goed is. Bana her şeyin iyi olduğunu söyle.
nld tur Alsjeblieft, haal dit weg. Lütfen bunu götür.
nld tur Je weet daar niet toevallig iets van, toch? Onun hakkında bir şey bilmiyordun, değil mi?
nld tur Ik probeer het. Denerim.
nld tur Het zijn wij niet die dat gedaan hebben. Onu yapan biz değiliz.
nld tur Zwitserland is een heel prachtig land en een bezoek waard. İsviçre, çok güzel bir ülkedir ve ziyaret edilmeye değerdir.
nld tur Mijn oudere zus speelt goed gitaar. Ablam gitarı iyi çalar.
nld tur Ik vertaal geen contracten meer. Artık sözleşmeleri çevirmeyeceğim.
nld tur Hij besloot met haar te trouwen. O, onunla evlenmeye karar verdi.
nld tur Ik denk dat het jong uit het nest zal vallen. Yavru kuşun yuvadan düştüğünü sanıyorum.
nld tur Sla rechtsaf aan het kruispunt. Kavşaktan sağa dön.
nld tur Iedereen is akkoord. Herkes anlaştı.
nld tur Dat gebeurt wel eens. O ara sıra oluyor.
nld tur Het regende pijpenstelen. Bardaktan boşanırcasına yağmur yağdı.
nld tur Zoveel geld hadden we niet, dus konden we het huis niet kopen. O kadar paramız yoktu, yani evi alamadık.
nld tur Het huis van Tom is afgebrand. Tom'un evi yandı.
nld tur Hij zei niets. Bir şey söylemedi.
nld tur Klaar! İşte bu!
nld tur Wij danken jullie voor jullie medewerking. İşbirliğiniz için size teşekkür ederiz.
nld tur Ik word een beetje dronken. Biraz sarhoş oluyorum.
nld tur Onze leraar houdt van zijn nieuwe auto. Öğretmenimiz yeni arabasını sever.
nld tur Tom zegt dat het nu jouw beurt is om het vuilnis buiten te zetten. Tom, çöpü dışarı koyma sırası şimdi sende diyor.
nld tur Neem zelf maar. Kendin al.
nld tur Wilt u niet zitten? Oturmaz mısınız?
nld tur Tom moet dat nu niet doen. Tom onu şimdi yapmamalı.
nld tur Je spreekt beroerd Nederlands. Çok kötü Hollandaca konuşuyorsun.
nld tur Het is tien voor half twee. Saat biri yirmi geçiyor.
nld tur Weet je hoe dat eruit ziet? Onun nasıl göründüğünü biliyor musun?
nld tur Vertrouw hem niet. Ona güvenmeyin.
nld tur Je hebt 36 uur om terug te komen. Geri gelmek için 36 saatin var.
nld tur Ik zou graag een stadsplattegrond willen hebben. Ben bir şehir haritası istiyorum.
nld tur Ik denk dat ik weet wat er nu aan de hand is. Sanırım şimdi ne olduğunu biliyorum.
nld tur Je hoeft het niet duizend keer te herhalen. Onu bin kez tekrarlamak zorunda değilsin.
nld tur Het is kwart over één. Saat biri çeyrek geçiyor.
nld tur Ik ken hem niet. Onu tanımıyorum.
nld tur Ik heb ze nergens gezien. Onları hiçbir yerde görmedim.
nld tur Ik kan hem niet alleen laten. Onu yalnız bırakamam.
nld tur Onze vlucht was vertraagd met dertig minuten. Uçağımız otuz dakika gecikti.
nld tur Ben je daar zeker van? Bundan emin misin?
nld tur Layla had irresistible charms. Leyla'nın karşı konulmaz bir cazibesi vardı.
nld tur Tom heeft het hek gerepareerd. Tom çiti tamir etti.
nld tur Wat zei u? Ne buyurdunuz?
nld tur De school begint om half negen. Okul sekiz buçukta başlar.
nld tur Ik heb verschrikkelijke hoofdpijn. Korkunç derecede başım ağrıyor.
nld tur Ik was gisteren op het werk afwezig. Dün işte yoktum.
nld tur Weet je hoe laat ’t is? Saat kaç, biliyor musun?
nld tur Hij nam de taxi om er op tijd te komen. Oraya zamanında varmak için bir taksiye bindi.
nld tur Weet je wat ik hier zie? Burada ne görüyorum, biliyor musun?
nld tur Ik laat Tom niet achter. Tom'u geride bırakmıyorum.
nld tur Ik heb deze week een tentamen Duits op school. Bu hafta okulda Almanca sınavım var.
nld tur Dit is ook een appel. Bu da bir elma.
nld tur We besloten te blijven. Kalmaya karar verdik.
nld tur Jij zult de eerste zijn die het komt te weten. İlk öğrenen sen olacaksın.
nld tur Vanuit een statistisch oogpunt is een vliegtuigvlucht veiliger dan een trip met de auto. İstatistiklere göre uçakla gitmek, arabayla gitmekten çok daha güvenlidir.
nld tur Dat is iets anders. Bu başka bir olay.
nld tur Is dat glutenvrij? O glütensiz mi?
nld tur Hij weet niet wat te doen. Ne yapacağını bilmiyor.
nld tur Hoi. Merhaba.
nld tur Ik kan niet door mijn neus ademen. Ben burnumdan nefes alamıyorum.
nld tur Ben je door ons bankier geworden? Bizim yüzümüzden mi bankacı oldun?
nld tur Niemand vertrouwt hem nog. Daha ona kimse güvenmez.
nld tur Kamelen zijn de schepen van de woestijnen. Develer çöl gemileridir.
nld tur Dit is een erg zeldzaam geval. Bu çok nadir bir durumdur.
nld tur Je bent getalenteerd, origineel en je laboratorium is adembenemend. Yeteneklisin, özgünsün ve laboratuvarın nefes kesici.
nld tur Hij leek stevig genoeg. Yeterince sağlam görünüyordu.
nld tur Welk deel is niet vertaald? Hangi bölüm çevrilmedi?
nld tur Rob heeft drie onvoldoendes. Rob’un üç zayıfı var.
nld tur Deze brief is niet ondertekend. Bu mektup imzalanmamış.
nld tur Wie niet waagt, niet wint. Serçeden korkan darı ekmez.
nld tur Hij is dronken. O sarhoş.
nld tur U gaat naar de gevangenis. Hapse gidiyorsunuz.
nld tur Hebt gij begrepen wat hij zei? Onun dediğini anladın mı?
nld tur We zijn mannen. Biz erkeğiz.
nld tur Wie is haar beste vriend? Onun en iyi arkadaşı kim?
nld tur Heb je dat in je eentje gedaan? Onu tek başına mı yaptın?
nld tur Ik heb je dossier eens bekeken. Dosyanı inceledim.
nld tur Ik ben vijfentachtig jaar oud. Ben seksen beş yaşındayım.
nld tur Dit is niet waar ik om vroeg. Bu istediğim şey değil.
nld tur Dit zijn makkelijke zinnetjes. Bunlar basit cümleler.
nld tur Jullie zijn te jong om alleen te reizen. Yalnız seyahat edebilmek için çok gençsiniz.
nld tur Mijn vader is niet thuis op het moment. Babam şu anda evde değil.
nld tur Deze stoel moet gerepareerd worden. Bu sandalyenin onarılması gerekiyor.
nld tur Wat kan je voor Tom doen? Tom için ne yapabilirsin?
nld tur Het is tien minuten voor elf. Saat 11'e 10 dakika var.
nld tur Hij speelde vaak honkbal toen hij jong was. O gençken, sık sık beysbol oynardı.
nld tur Tom heeft het venster opzettelijk gebroken. Tom pencereyi kasten kırdı.
nld tur Hun trouwdag bleef onopgemerkt. Onların düğün günü fark edilmeden gitti.
nld tur Hij stierf een natuurlijke dood. O, doğal nedenlerden öldü.
nld tur Ik spreek geen Iers. İrlandaca konuşmuyorum.
nld tur Ik heb er nooit aan gedacht om leraar te worden. Öğretmen olmayı hiç düşünmedim.
nld tur Het spijt me dat ik je hierbij betrokken heb. Seni bu işe karıştırdığım için üzgünüm.
nld tur Hij heeft hoe dan ook meer ervaring dan wij. Ne olursa olsun bizden daha fazla tecrübesi var.
nld tur Wat gaan jullie vanavond doen? Bu akşam ne yapacaksınız?
nld tur We hebben voetbal gespeeld gisteren. Dün futbol oynadık.
nld tur Ik geef niet meer dan 100 euro. 100 avro’dan fazla vermem.
nld tur Waar waren we gebleven? Nerede kalmıştık?
nld tur Laat de technologie het meeste werk maar doen. Bırak teknoloji işin çoğunu yapsın.
nld tur Jammer genoeg woont ze in het buitenland. Ne yazık ki o yurt dışında yaşıyor.
nld tur Een paspoort is een geldig legitimatiebewijs. Pasaport geçerli bir kimlik belgesidir.
nld tur U kunt allebei uitwissen. Her ikisini de silebilirsiniz.
nld tur Ik ben zo moe, net alsof ik de hele dag gesport heb. Bütün gün spor yapmış kadar yoruldum.
nld tur De jongen ging naar school. Oğlan okula gitti.
nld tur Dat is het huis waar hij woont. O, onun yaşadığı evdir.
nld tur Ze doet een aanbesteding, waardoor concurrentie ontstaat. Bir ihale ediyor, ki o yüzden rekabet oluşuyor.
nld tur Hoe gaat het met mijn vrouw? Karım nasıl?
nld tur U moet dit nu doen. Bunu şimdi yapmalısın.
nld tur Tom gaat geen nieuwe auto kopen. Tom yeni bir araba satın almayacak.
nld tur Geloof je in het bestaan van God? Allah'ın varlığına inanıyor musun?
nld tur Antwoord op de vraag alstublieft. Lütfen soruya cevap ver.
nld tur U zult het ook wel gezien hebben. Siz de görmüşsünüzdür.
nld tur Bent u ooit naar Turkije gegaan? Hiç Türkiye'ye gittiniz mi?
nld tur Uiteindelijk trouwt ze met een van haar aanbidders. En sonunda hayranlarından biriyle evleniyor.
nld tur Je staat niet onder arrest. Gözaltında değilsin.
nld tur Roep die hond terug! O köpeği geri çağır!
nld tur We zijn geadopteerd. Biz evlat edinildik.
nld tur Mensen lijken me anders te behandelen vandaag. İnsanlar bana bugün farklı davranıyorlar gibi görünüyor.
nld tur Ik bel je over een paar dagen. Birkaç gün içinde seni arayacağım.
nld tur Ik moet onmiddellijk de badkamer schoonmaken. Banyoyu hemen temizlemeliyim.
nld tur Tom wil beroemd worden. Tom ünlü olmak istiyor.
nld tur Was hij maar gekomen. Keşke gelseydi.
nld tur Ik hou van jullie beiden. Her ikinizi de severim.
nld tur Als je moet gaan, ga dan. Gitmeliysen, git.
nld tur Waar heb je die gek gevonden? O aptalı nereden buldun?
nld tur Het is parels voor de zwijnen werpen! Eşek hoşaftan ne anlar?
nld tur Ik heb nooit van biologie gehouden. Biyolojiyi asla sevmedim.
nld tur Mijn zuster speelt elke dag piano. Kız kardeşim her gün piyano çalar.
nld tur Als ik een vogel was, zou ik naar jou toe vliegen. Bir kuş olsam, sana uçarım.
nld tur De rekening, alstublieft. Hesap, lütfen.
nld tur Welke voor- en nadelen heeft het jong zijn? Genç olmanın avantajları ve dezavantajları nelerdir?
nld tur Ludwig gaf haar een aai langs haar wang. Ludwig onun yanağı boyunca sıvazladı.
nld tur Hij liegt. O, yalan söylüyor.
nld tur Stel je even voor: hij is arts en toch rookt hij. Şunu bir tasavvur et: O bir doktor, yine de sigara içiyor.
nld tur De zevende dag van de week is zondag. Haftanın yedinci günü pazardır.
nld tur We leven allen op de planeet Aarde. Biz hepimiz Dünya gezegeninde yaşıyoruz.
nld tur De enige nuttige antwoorden zijn die antwoorden die nieuwe vragen oproepen. İşe yarar cevaplar beraberinde yeni sorular getirenlerdir.
nld tur Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding. Eşeğe altından semer vursan, yine eşektir.
nld tur Ik heb de hele dag aan haar gedacht. Bütün gün onu düşündüm.
nld tur Deze rok is een beetje te strak. Bu etek biraz fazla sıkı.
nld tur Weet je wat voor ding dat is? Bu nasıl bir şey biliyor musun?
nld tur Ik woon nu in Kyoto. Şimdi Kyoto'da yaşıyorum.
nld tur Ik ben hier al een tijdje. Ben bir süredir buradayım.
nld tur Er dreigt regen. Yağmur yağacağa benzer.
nld tur Morgen ben ik jarig. Yarın benim doğum günüm.
nld tur Voetbal is de enige sport die mensen verbindt. Futbol, insanları bağlayan tek spor.
nld tur Omdat het het einde van het jaar is, hebben we het flink druk. Yıl sonu nedeniyle işlerimiz oldukça yoğun.
nld tur Overdrijf het niet. Abartma.
nld tur De kapper knipt het haar met een schaar. Kuaför saçı makasla kesiyor.
nld tur Baat 't niet, dan schaadt het ook niet. Denemekte sakınca yok.
nld tur Roken is toegestaan. Sigara içilir.
nld tur Met de meeste hoogachting. Saygılarımı arzederim.
nld tur Mijn huis staat op een heuvel. Evim bir tepe üstündedir.
nld tur Ik eet brood. Ekmek yiyorum.
nld tur Ik heb een hartaanval gehad. Ben bir kalp krizi geçirdim.
nld tur Ik wil er niet meer over praten. Artık onun hakkında konuşmak istemiyorum.
nld tur Hij is drie jaar ouder dan zij. O, ondan üç yıl daha yaşlıdır.
nld tur Waar heb je het over? Ne hakkında konuşuyorsun?
nld tur Ik proefde er eentje. Birinin tattım.
nld tur Het is afgekoeld. Hava serinledi.
nld tur Ik ben nu 30. Şimdi otuz yaşındayım.
nld tur Ik was aan het hoesten. Öksürüyordum.
nld tur Tom wil dat ik er vroeg ben. Tom beni erken bekliyor.
nld tur Hij eerlijk? Laat me niet lachen! O dürüst mü? Beni güldürme!
nld tur Als de telefoon opnieuw gaat, wil ik hem negeren. Telefon tekrar çalarsa, onu duymazdan gelmeyi planlıyorum.
nld tur Hij is van mening veranderd. Görüşünü değiştirdi.
nld tur Hij heeft jaren lang op een tankschip gevaren. Senelerce bir tanker gemisinde seyahat etti.
nld tur Hij is overleden. Öldü.
nld tur Niet alles is zwart of wit. Her şey siyah ya da beyaz değildir.
nld tur Dat is geklets in de ruimte. Bu saçma bir şey.
nld tur De koffie is klaar. Kahve hazır.
nld tur Ik zal nooit opgeven! Asla pes etmeyeceğim!
nld tur De bijeenkomst is bijna voorbij. Toplantı nerdeyse bitmek üzere.
nld tur Heb je de opslag kunnen krijgen? Zammı alabildin mi?
nld tur Ik heb liever koffie dan melk. Kahveyi süte tercih ederim.
nld tur Is Tom hier al lang? Tom uzun süredir burada mı?
nld tur Het begint belachelijk te worden. Gülünç olmaya başlıyor.
nld tur Na de bui waren de stoepen nat. Yağmurdan sonra kaldırımlar ıslaktı.
nld tur Ik heb twee dochters. İki kızım var.
nld tur Zal ik een foto van jullie maken? Sizin bir fotoğrafınızı çekeyim mi?
nld tur Je moet uit de buurt blijven van haar. Ondan uzak durmalısın.
nld tur Ik wil nog niet sterven. Henüz ölmek istemiyorum.
nld tur Ik denk dat Yumi ziek is. Sanırım Yumi hasta.
nld tur Gelukkig werden de oudere stadsdelen beschermd tegen bommen van bondgenoten. Çok şükür ki, şehrin daha eski kısımları müttefiklerin bombalarından korundu.
nld tur Ik ga hardlopen. Koşacağım.
nld tur Ik weet het niet. Bilmem.
nld tur Heb je ooit dit woord gehoord? Bu sözcüğü hiç duydun mu?
nld tur Mijn baas drinkt heel veel koffie. Benim patronum çok fazla kahve içer.
nld tur Kunt u mij een hotel aanbevelen? Bir otel tavsiye edebilir misiniz?
nld tur Stop! Dur!
nld tur Hij studeert ook Chinees. O da Çince çalışıyor.
nld tur Vijf plus drie is gelijk aan acht. Beş artı üç sekiz eder.
nld tur Het aantal aanhangers van onze partij neemt toe. Partimizin taraftarları artıyor.
nld tur Tom interesseert zich erg voor sport. Tom sporla çok ilgilenir.
nld tur Wat is de kleinste planeet? En küçük gezegen nedir?
nld tur Ze zwemt in het geld. O para içinde yüzüyor.
nld tur Hij schrijft liefdespoëzie. Aşk şiirleri yazar.
nld tur Je hoeft niet meteen te gaan. Oraya derhal gitmene gerek yok.
nld tur Ik heb al overal gezocht, maar ik kan mijn beurs niet vinden. Her yeri aradım ama cüzdanımı bulamadım.
nld tur Kun je me laten zien hoe je deze machine start? Bu makineyi nasıl çalıştıracağımı bana gösterir misin?
nld tur Ik ga op de bank slapen. Kanepede uyuyacağım.
nld tur Ik wil je een tweede kans geven. Sana ikinci bir fırsat vermek istiyorum.
nld tur Is deze zin juist? Bu cümle doğru mu?
nld tur Zeg nou niet dat je hem gelooft. Ona inandığını söyleme.
nld tur Antieke vloerkleden zijn bijzonder waardevol. Antika halılar özellikle değerlidir.
nld tur Hij zei niets. O bir şey söylemedi.
nld tur Neem je me in de zeik? Benimle kafa mı buluyorsun?
nld tur Dat gaat je neus voorbij. Havanı alırsın.
nld tur Meneer, ik ben het hoofd van de elektronicaclub, de wiskundeclub en de schaakclub. Efendim, ben Elektronik, Matematik ve Satranç klüpleri başkanıyım.
nld tur Is dat de beste? En iyisi o mu?
nld tur Julia is een goed meisje. Julia iyi bir kız.
nld tur Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen. Bütün insanlar hür, haysiyet ve haklar bakımından eşit doğarlar. Akıl ve vicdana sahiptirler ve birbirlerine karşı kardeşlik zihniyeti ile hareket etmelidirler.
nld tur Regel het! Hallet onu!
nld tur Je moet doen wat ik zeg. Sana söylediğim gibi yapmalısın.
nld tur Hij smeert zijn achterste met boter en eet droog brood. Ayranı yok içmeye, kürkle gider sıçmaya.
nld tur Leven hier mensen? Burada yaşayan kimse var mı?
nld tur Ik eet een banaan. Muz yiyorum.
nld tur Ze haatte haar echtgenoot. O, kocasından nefret etti.
nld tur Bent u op de hoogte van de regels? Kuralları bilir misiniz?
nld tur Ja, dat kan je wel zeggen. Evet, elbette söyleyebilirsin.
nld tur Ik zeg het alleen maar! Sadece diyorum!
nld tur Ik heb niemand die met mij zou reizen. Benimle seyahat edecek kimsem yok.
nld tur Ik kan niet werken. Ben çalışamam.
nld tur Mensen zeggen alles tegen hun kappers. İnsanlar sırlarını berberleriyle paylaşır.
nld tur Ik geloof dat verhaal niet. O hikayeye inanmıyorum.
nld tur Mijn oma is honderd geworden. Babaannem yüz yaşına geldi.
nld tur Gelukkige verjaardag Muiriel! İyi ki doğdun, Muiriel!
nld tur Tom kreeg zijn auto niet aan de praat. Tom arabasını çalıştıramadı.
nld tur Deze bloemen komen uit Nederland. Bu çiçekler Hollanda’dan geliyor.
nld tur Je hebt een hoop geleerd, hè? Bir sürü şey öğrendin, değil mi?
nld tur Ze heeft een witte kat. Onun beyaz bir kedisi var.
nld tur Tom had niks om te lezen. Tom'un okuyacak bir şeyi yoktu.
nld tur De lente was voorbij en de zomer begon. İlkbahar geçti ve yaz başladı.
nld tur Wat hij deed was niet fout. Onun yaptığı şey yanlış değildi.
nld tur Vijftig jaar geleden waren televisie en computers onvoorstelbaar. Televizyon ve bilgisayar gibi şeyler elli yıl önce hayal edilememişti.
nld tur Ik heb het aan iedereen gevraagd wat dat was. Bunun ne olduğunu herkese sordum.
nld tur Ik denk dat het mogelijk is. Bunun mümkün olduğuna inanıyorum.
nld tur Die lading is van mij. O kargo benim.
nld tur Neen, ik ben niet gegaan. Hayır, gitmedim.
nld tur Sinds vanmorgen heb ik drie boeken gelezen. Bu sabahtan beri üç kitap okudum.
nld tur Jij hebt ’t gedaan! Sen yaptın!
nld tur Tom bestelde een alcoholvrij drankje. Tom, alkolsüz bir içecek sipariş etti.
nld tur Ik mis hem simpelweg. Ben sadece onu özlüyorum.
nld tur Ga je ermee akkoord om de ramen zowel binnen als buiten te lappen? Camları hem içerden hem de dışardan silmeyi kabul ediyor musun?
nld tur Wilt u mij deze zin uitleggen? Bu cümleyi bana açıklar mısınız?
nld tur Er zijn gevallen waarin die regel niet geldt. O kuralın geçerli olmadığı durumlar vardır.
nld tur Kun je je zijn naam herinneren? Onun adını hatırlayabiliyor musun?
nld tur Ik koop briefpapier, postzegels en papieren zakdoekjes. Ben mektup kağıdı, birkaç pul ve birkaç kağıt mendil alıyorum.
nld tur Dat is verschrikkelijk. O korkunçtur.
nld tur Bel me onmiddellijk nadat je hem hebt ontmoet. Ona rastladıktan sonra derhal beni ara.
nld tur Leyla rook naar alcohol. Leyla alkol kokuyordu.
nld tur Dat kan me niet schelen! Umrumda değil!
nld tur In geval van problemen, bel me alsjeblieft. Sorun olursa, lütfen beni arayın.
nld tur Iedereen denkt erover om de wereld te veranderen, maar niemand denkt erover om zichzelf te veranderen. Herkes dünyayı değiştirmeyi düşünür ama kimse kendisini değiştirmeyi düşünmez.
nld tur Dat is wat ik gedaan heb. Yaptığım bu işte.
nld tur Hou je veilig. Kendine dikkat et.
nld tur Hoe werkt het? Nasıl çalışıyor?
nld tur Hij aanbidt zijn vrouw, hij doet alles voor haar. O karısına tapar, onun için her şeyi yapar.
nld tur Kiest u er maar een uit. Sadece birini seçiniz.
nld tur Waarom ben je naar Maleisië gekomen? Niçin Malezya'ya geldin?
nld tur Ben je hier alleen, heb je geen broers en zusters ofzo? Burada sen yalnız mısın, kardeşlerin falan yok mu?
nld tur Is het legaal? O kanuni mi?
nld tur Ik zou graag een Picasso kopen. Bir Picasso satın almak istiyorum.
nld tur Deze vissen zijn gewend aan hoge druk en aan de afwezigheid van licht. Bu balıklar yüksek basınç ve ışık yokluğu alışıktır.
nld tur In Gods naam! Allah aşkına!
nld tur Ramses de Tweede was een Egyptische farao. İkinci Ramses bir Mısır firavunuydu.
nld tur Het was een lange nacht. Uzun bir geceydi.
nld tur Waarom? Ne sebeple?
nld tur Ik heb geen probleem met mijn vrouw. Eşimle bir sorunum yok.
nld tur Ik kan hem nergens vinden. Onu hiçbir yerde bulamıyorum.
nld tur Het is mij gelukt om binnen te komen. İçeri girmeyi başardım.
nld tur Uiteindelijk ga je dood. Sonunda öleceksin.
nld tur Wilt u het raam openen? Pencereyi açar mısınız?
nld tur Herinner je je mijn naam niet? İsmimi hatırlamıyor musun?
nld tur Ik heb je fout veroordeeld. Seni yanlış değerlendirmişim.
nld tur Zondags zijn we thuis. Pazarları evdeyiz.
nld tur Ze is erg knap. O çok güzel.
nld tur Jij moet een boek schrijven! Bir kitap yazmalısın!
nld tur Ze hadden besloten het huwelijk uit te stellen tot haar broer terug was gekomen uit het buitenland. Erkek kardeşi yurt dışından dönünceye kadar düğünü ertelemeye karar verdiler.
nld tur Ik hou het meest van de zomer. En çok yaz mevsimini seviyorum.
nld tur Ik ween te veel. Çok fazla ağlarım.
nld tur Wie is aan de beurt? Sıradaki kim?
nld tur Ik hou ervan mezelf te zijn. Kendim olmayı seviyorum.
nld tur Wil je met me trouwen? Benimle evlenir misin?
nld tur Is dat alles dat je te zeggen hebt? Söyleyeceğinin hepsi bu mu?
nld tur Tom is vertaler. Tom bir çevirmen.
nld tur Schrijf uw naam alstublieft. Lütfen adınızı yazın.
nld tur De druiven zijn zuur. Üzümler ekşi.
nld tur Drie maal vijf is vijftien. Üç kere beş on beş eder.
nld tur Je moet luisteren. Dinlemek zorundasın.
nld tur Die is waarschijnlijk van Koreaanse afkomst. O, muhtemelen Kore kökenli.
nld tur Hij had harder moeten werken. Çok sıkı çalışmalıydı.
nld tur Ze hadden je moeten beschermen. Onların seni korumaları gerekiyordu.
nld tur Wat is het nuttigst: zilver of ijzer? - IJzer is nuttiger dan zilver. En faydalı olan nedir: gümüş mü yoksa demir mi? - Demir gümüşten daha faydalıdır.
nld tur Als je alles gehad hebt, krijg je ook dat nog. Üstüne üstlük, bu da feleğin cilvesi!
nld tur Hebt u geen hulp nodig? Yardıma ihtiyacınız yok mu?
nld tur Ik heb je moeder nog niet gezien. Anneni henüz görmedim.
nld tur Ik zal je over mijn vader vertellen. Size babamdan bahsedeceğim.
nld tur Kleurloze groene ideeën slapen woedend. Renksiz yeşil fikirler öfkeli bir şekilde uyur.
nld tur Hij heeft de operatie goed doorstaan. Ameliyata iyi dayandı.
nld tur Ik wil vandaag niks vertalen. Bugün hiçbir şey çevirmek istemiyorum.
nld tur Ik weet precies wanneer dat gebeurd is. Onun ne zaman olduğunu tam biliyorum.
nld tur Zalig kerstfeest. Mutlu Noeller.
nld tur Doet het geen pijn als je dat zegt? Böyle konuşmak seni üzmüyor mu?
nld tur Dat maakt me een beetje bang. Bu beni biraz korkutuyor.
nld tur Volgend jaar word ik zeventien. Ben gelecek yıl on yedi olacağım.
nld tur Mag ik naar huis gaan? Eve gidebilir miyim?
nld tur Waar kom jij vandaan met deze grote koffer? Bu büyük bavulla nereden geliyorsun?
nld tur Hij is sterker dan ooit tevoren. O hiç olmadığı kadar güçlü.
nld tur Ik moet Tom gehoorzamen. Tom'a itaat etmeliyim.
nld tur Ik bekijk die foto altijd met afkeer. O fotoğrafa her zaman nefretle bakıyorum.
nld tur Ik moet het boek voor zaterdag terugbrengen. Kitabı Cumartesiden önce geri vermek zorundayım.
nld tur Gisteren had ik geen tijd om tv te kijken. Dün televizyon seyretmeye vaktim olmadı.
nld tur Al deze planten zijn giftig. Tüm bu bitkiler zehirlidir.
nld tur Door onhandigheid heeft ze een vaas gebroken. Sakarlık yüzünden bir vazo kırdı.
nld tur Vuur! Ateş!
nld tur Mag ik uw rijbewijs zien? Sürücü belgenizi görebilir miyim?
nld tur Zijn vader is Japanner. Babası Japondur.
nld tur Hij smeert zijn achterste met boter en eet droog brood. Kıçında donu yok, fesleğen ister başına.
nld tur Laten we iets proberen! Bir deneyelim.
nld tur Leer deze namen uit het hoofd. Bu isimleri ezbere öğren.
nld tur Er is werk aan de winkel. Yapılacak çok iş var.
nld tur In de kamer stonk het naar tabak. Odada tütün kokuyordu.
nld tur Je maakt het al te gortig. Bu kadarı da fazla.
nld tur Als je goede muziek speelt, luisteren mensen niet, en als je slechte muziek speelt, spreken ze niet. Eğer iyi bir müzik yaparsak insanlar dinlemez ve eğer kötü bir müzik yaparsak insanlar konuşmaz.
nld tur Gisteren speelden we voetbal. Dün futbol oynadık.
nld tur Deze winkel wordt om negen uur gesloten. Bu dükkan dokuzda kapanır.
nld tur Hoe vaak heeft Tom Franse lessen genomen? Tom ne kadar sıklıkta Fransızca dersleri alır?
nld tur Hij liet zijn vijand door Tom doden. Düşmanını Tom'a öldürttü.
nld tur Uiteindelijk zal je sterven. Sonunda öleceksin.
nld tur Ik ken Tom niet. Tom'u tanımam.
nld tur De stille oceaan vormt de oostelijke grens van de Russische federatie. Pasifik Okyanusu, Rusya Federasyonu'nun doğu sınırını oluşturur.
nld tur Ik hou van jullie beiden. İkinizi de seviyorum.
nld tur De manier waarop hij naar me keek, gaf me een slecht gevoel. Onun bana bakma tarzı bana kötü bir his verdi.
nld tur Hij vond haar onweerstaanbaar. Onu karşı konulmaz buldu.
nld tur Waar ben je precies naar op zoek? Tam olarak ne arıyorsun?
nld tur Het enige wat je doen kan, is afwachten. Tüm yapabileceğin beklemektir.
nld tur Waar ga je zoveel goederen opslaan? Bu kadar malı nerede depolayacaksın?
nld tur Hij heeft zijn schaapjes op het droge. Onun tuzu kuru.
nld tur Zij is zoals mijn echte dochter. O benim öz kızım gibi.
nld tur Welke taal spreken ze in de VS? Amerika'da hangi dil konuşulur?
nld tur Hebt u een licht bier? Hafif bir biranız var mı?
nld tur Pff, ik ben het zat! Aman, bıktım!
nld tur Ze is in een slechte bui. O kötü bir ruh hali içinde.
nld tur Ik moet vele talen studeren en daar hou ik van. Birçok dili öğrenmem gerek ve ben bunu seviyorum.
nld tur "Hallo." "Hallo, wie is het?" "Alo." "Alo, kiminle görüşüyorum?"
nld tur Hij hield niet van school. O, okulu sevmiyordu.
nld tur Kunt ge dat herhalen? Lütfen şunu yeniden tekrarlayabilir misin?
nld tur Ik haal 'n handdoek voor je. Sana bir havlu getireyim.
nld tur Er zijn gevallen waarin deze regel niet geldt. Bu kuralın geçerli olmadığı bazı durumlar vardır.
nld tur Jane speelde geen tennis, nietwaar? Jane tenis oynamadı, değil mi?
nld tur Was mijn moedertaal maar Arabisch. Keşke anadilim Arapça olsaydı.
nld tur Drie maal vijf is vijftien. Üç kere beş eşittir on beş.
nld tur Hoe oud bent u? Yaşınız nedir?
nld tur Het dreigt te regenen. Yağmur yağacağa benziyor.
nld tur Joke geeft haar Turkse buurmeisje Nederlandse lessen. Joke komşu kızına Hollandaca dersleri veriyor.
nld tur Krijg de tering! Canın cehenneme.
nld tur Ik weet waarom Tom ontslag heeft genomen. Tom'un neden istifa ettiğini biliyorum.
nld tur Ik denk dat ze ziek is. Onun hasta olduğunu düşünüyorum.
nld tur Ik doe mijn werk. İşimi yapıyorum.
nld tur Ik wil er niet de rest van mijn leven spijt van hebben. Hayatımın geri kalanını pişmanlık duyarak geçirmek istemiyorum.
nld tur Luister naar je eigen stem. Kendi sesini dinle.
nld tur Brian liet Kate wachten. Brian, Kate'i bekletti.
nld tur Goedemorgen, hoe maakt u het? Günaydın, nasılsınız?
nld tur Ben je nog niet klaar? Daha hazır değil misin?
nld tur Ik zou hem alles verteld hebben, maar ik ben bang. Her şeyi ona anlatırdım, ama korkuyorum.
nld tur Ik ken hen. Onları biliyorum.
nld tur Als zij niet bezorgd zijn, ben ik het ook niet. Endişeli değillerse, ben de değilim.
nld tur Tom was toch hier? Tom buradaydı, değil mi?
nld tur Hij zette de gaskraan open. Gaz vanasını sonuna kadar açtı.
nld tur Haastige spoed is zelden goed. Acele ile menzil alınmaz.
nld tur Zij gaf hen een paar appels. O onlara birkaç elma verdi.
nld tur Weet ik niet meer. Hatırlamıyorum.
nld tur Ik was op het juiste moment aan het wachten. Doğru anı bekliyordum.
nld tur Je schettert als 'n dwaas. Budala gibi atıp tutuyorsun.
nld tur Hoe voelt het om alles te verliezen? Her şeyini kaybetmek nasılmış?
nld tur Mijn been is nog steeds verdoofd. Bacağım hâlâ uyuşuk.
nld tur Het gaat regenen. Yağmur yağacak.
nld tur Europeanen drinken graag wijn. Avrupalılar şarap içmek isterler.
nld tur Hoe hou ik dit ding tegen voordat er nog meer mensen sterven? Daha fazla insan ölmeden önce, bu şeyi nasıl durdurabilirim.
nld tur Je hebt toen geluk gehad, niet? O zaman şanslıydın, değil mi?
nld tur Jij weet wat het is, toch? Onun ne olduğunu biliyorsun, değil mi?
nld tur Ik denk dat ik weet wat ik ga zeggen. Sanırım ne söyleyeceğimi biliyorum.
nld tur Zij boog zich over het kind. O, çocuğun üzerine eğildi.
nld tur Slaapwel. Droom zoet. İyi uykular. Tatlı rüyalar.
nld tur Zij stond te tollen van de slaap. Gözlerinden uyku akıyordu.
nld tur Voor zover ik weet, is hij iemand die zijn belofte houdt. Bildiğim kadarıyla o, sözünü tutan birisidir.
nld tur Ik moet het werk af hebben tegen vier uur. Saat dörde doğru işi bitirmiş olmalıyım.
nld tur Ik heb liever lamsvlees dan rundvlees. Koyunu sığıra tercih ederim.
nld tur Duid de woorden aan die je niet begrijpt. Anlamadığın kelimeleri işaretle.
nld tur Vind je dit een mooie kleur? Bu rengi seviyor musun?
nld tur Ik ben in Yokohama geboren. Yokohama'da doğdum.
nld tur Hoe zullen we dit volhouden? Buna nasıl dayanacağız?
nld tur Uh dinges, ik kan niet op haar naam komen! Şey, hay Allah, adı aklıma gelmiyor!
nld tur We zullen je komen bezoeken. Biz seni ziyarete geleceğiz.
nld tur Oog om oog, tand om tand. Göze göz, dişe diş.
nld tur Het is vreemd. Garip.
nld tur Zij leek verrast te zijn. Şaşırmış görünüyordu.
nld tur Het is duidelijk dat hij het antwoord weet. Cevabı bildiği belli.
nld tur Ze zal daar nooit over spreken. Asla onun hakkında konuşmayacak.
nld tur Alles is gratis. Hepsi bedava.
nld tur Ik moet voor die poes zorgen. Bu kediye bakmalıyım.
nld tur Zou u even kunnen wachten? Birkaç dakika bekler misiniz?
nld tur Ik weet zeker dat Tom gaat huilen. Tom'un ağlayacağını kesin biliyorum.
nld tur Wij waren getuigen van het ongeluk. Kazanın tanıklarıydık.
nld tur Ik ben niet chagrijnig. Ben suratsız değilim.
nld tur Kunt u me helpen? Bana yardımcı olabilir misiniz?
nld tur Vind je haar nerveus? Sence gergin mi?
nld tur We hadden gelijk. Haklıydık.
nld tur We beginnen dadelijk met het werk. Birazdan çalışmaya başlıyoruz.
nld tur Probeer tenminste voorzichtig te zijn. En azından dikkatli olmayı dene.
nld tur Denk je dat het geld mij op de rug groeit? Nerede o yoğurdun bolluğu?
nld tur Ze heeft witte tanden. Onun beyaz dişleri var.
nld tur Vaak leer ik terwijl ik naar muziek luister. Müzik dinlerken sık sık çalışırım.
nld tur Hij werd zes jaar later herkozen. Altı yıl sonra yeniden seçildi.
nld tur De oorlog ontneemt hun het geluk. Savaş, onların şansını mahvetti.
nld tur Het resultaat is opmerkelijk. Sonuç dikkat çekicidir.
nld tur Ik heb vaak nare dromen. Sık sık kötü rüyalar görürüm.
nld tur Over een uur is het af. Bir saat sonra tamam olur.
nld tur Laat hem dat doen. Onun onu yapmasına izin ver.
nld tur Wat huisvesting betreft hebben we geen problemen. Ev bakımından sorunumuz yok.
nld tur Heeft u de aanbetaling al gedaan? İlk ödemeyi yaptınız mı?
nld tur Rusten betekent niet de hele dag slapen. Dinlenmek, tüm gün uyumak anlamına gelmez.
nld tur Ik heb hier genoeg van. Ben bundan sıkıldım.
nld tur In Gods naam, zeg dat niet! Allah aşkına, onu söyleme!
nld tur Kent iemand deze vrouw? Biri bu kadını tanıyor mu?
nld tur Door het ongeluk zijn er veel doden gevallen. Kaza çok sayıda ölümlere neden oldu.
nld tur Ben je Chinees of Japans? Çinli misin yoksa Japon musun?
nld tur Dit ga je niet meer nodig hebben. Artık buna ihtiyacın olmayacak.
nld tur Ben jij niet een van Toms vrienden? Sen Tom'un arkadaşlarından birisi değil misin?
nld tur Wil je echt helpen? Gerçekten yardım etmek istiyor musun?
nld tur Wat is er meegenomen? Ne alınmış?
nld tur Wat is er in de koffer? Valizin içinde ne var?
nld tur Ik wachtte op het juiste moment. Doğru anı bekliyordum.
nld tur We beginnen met de vergadering als Bob komt. Bob geldiğinde, biz toplantıya başlayacağız.
nld tur Ik zal u helpen wanneer ik met mijn werk klaar ben. İşimi bitirdiğimde sana yardım edeceğim.
nld tur Maak je klaar voor de toekomst. Kendini geleceğe hazırla.
nld tur Dat is niet waar. O doğru değil.
nld tur Dat badpak staat u goed. O mayo sizde gerçekten iyi görünüyor.
nld tur Ik ben mijn paspoort kwijt! Pasaportumu kaybettim.
nld tur Ik werd vergeten. Unutuldum.
nld tur Aan alles komt een eind. Açılan solar, ağlayan güler.
nld tur Het gras aan de andere kant van de heuvel is altijd groener. Komşunun tavuğu komşuya kaz görünür.
nld tur Jij bent de enige die weet hoe je bij Toms huis moet komen. Tom'un evine nasıl gideceğini bilen tek kişisin.
nld tur Als je iets doet, doe het dan goed. Eğer bir şey yapıyorsan, o zaman iyi yap.
nld tur Tom sliep langer dan hij van plan was geweest. Tom istediğinden çok daha uzun uyudu.
nld tur Welke film heb je gezien? Hangi filmi izledin?
nld tur Hoe ga je Tom helpen? Tom'a nasıl yardım edeceksin?
nld tur Hoeveel van ons lichaam bestaat uit water? Vücudumuzun ne kadarı sudan oluşuyor.
nld tur We hebben geld nodig. Paraya ihtiyacımız var.
nld tur Ik wil mijn ontbijt. Kahvaltımı istiyorum.
nld tur Ik wil onmiddellijk met mijn advocaat spreken. Acilen avukatımla görüşmek istiyorum.
nld tur Ik moet de hele dag in bed blijven. Bütün gün yatakta kalmak zorundayım.
nld tur Mijn zus is eindelijk getrouwd. Kız kardeşim sonunda evlendi.
nld tur Ik heb niemand op wie ik kan vertrouwen. Ben güvenecek kimseye sahip değilim.
nld tur Je had naar haar waarschuwing moeten luisteren. Onun uyarısına kulak vermeliydin.
nld tur Ze gaat zelden uit. O nadiren dışarı gider.
nld tur Heb ik niet gewerkt? Çalışmadım mı?
nld tur Kom je niet mee met mij? Benimle gelmiyor musun?
nld tur Is er een probleem? Bir sorun var mı?
nld tur Tom leek verrast te zijn. Tom şaşırmış görünüyordu.
nld tur Ben jij het niet zat om op eikels te passen? Pisliklere bebek bakıcılığı yapmaktan bıkmadın mı?
nld tur Koud water heeft een hogere dichtheid dan warm water. Soğuk su, sıcak sudan daha yüksek bir yoğunluğa sahiptir.
nld tur Het is geheel ongevaarlijk. O tamamen zararsız.
nld tur Vorige week heb ik een Duitse film gezien. Geçen hafta bir Alman filmi seyrettim.
nld tur We zijn hier niet veilig. Burada güvende değiliz.
nld tur Laat hem het alleen doen. Onu tek başına yapsın.
nld tur Dat heb je met opzet gedaan! Onu bilerek yaptın!
nld tur Carlos spreekt Spaans op een onjuiste manier. Carlos, hatalı bir şekilde İspanyolca konuşuyor.
nld tur Mijn oma is honderd geworden. Anneannem yüz yaşına geldi.
nld tur Er werden harde noten gekraakt. Sert tartışmalar oldu.
nld tur Ondanks zijn jonge leeftijd heeft hij zeer goed werk afgeleverd. Genç yaşına rağmen, çok iyi iş teslim etti.
nld tur Is deze plaats nog vrij? Bu yer hâlâ boş mu?
nld tur Een dichter bekijkt de wereld zoals een man kijkt naar een vrouw. Bir şair, bir adamın bir kadına baktığı gibi dünyayı inceler.
nld tur Ik bel je gauw. Seni birazdan arayacağım.
nld tur Ik heb geprobeerd Tom te overtuigen ons te helpen. Tom'u bize yardım ettirmeye çalıştım.
nld tur Wie is deze vrouw? Bu kadın kim?
nld tur Wil je iets voor me doen? Benim için bir şey yapar mısın?
nld tur Ik ga wat frisse lucht nemen. Biraz temiz hava alacağım.
nld tur De tentoonstelling is het bezoeken meer dan waard. Sergi ziyaret etmeye değer.
nld tur Hij hield niet van school. O, okulu beğenmedi.
nld tur Ik ben niet zomaar iemand. Ben sıradan biri değilim.
nld tur Hij weet niet wie deze huizen heeft gebouwd. O, bu evleri kimin inşa ettiğini bilmiyor.
nld tur Laat het niet los! Bırakma!
nld tur Voor wie is het nuttig? O kimin için yararlı?
nld tur Hij is een bedorven kind. O şımarık bir çocuk.
nld tur De heldin van dat verhaal is een klein meisje. O hikâyenin kadın kahramanı, küçük bir kızdır.
nld tur Ik herinner me nog meer over Tom. Tom'un haberini almıştım diye hatırlıyorum.
nld tur We hebben bewijzen nodig. Kanıta ihtiyacımız var.
nld tur Waar schijnt ze vandaan te komen? Nereliymiş?
nld tur Ik heb Roemenië een aantal jaar geleden bezocht. Birkaç yıl önce Romanya'yı ziyaret ettim.
nld tur Zij was helemaal in het zwart gekleed. O tümüyle siyah giyindi.
nld tur Sommige mensen willen de grondwet wijzigen. Bazı insanlar anayasayı değiştirmek istiyorlar.
nld tur Bij een rokade worden zowel de koning als de toren verplaatst. Rok yaparken hem şahın hem de kalenin yeri değiştirilir.
nld tur Dat is oneerlijk. Bu dürüstçe değil.
nld tur Blijft ge thuis vanavond? Bu gece evde mi kalacaksın?
nld tur Heeft u het werk af? İşi bitirdiniz mi?
nld tur Heb je een Facebook-account? Bir Facebook hesabınız var mı?
nld tur Mijn naam is Wang. Benim adım Wang.
nld tur De Internationale Taal is heel nuttig. Uluslararası Dil çok kullanışlıdır.
nld tur Wanneer werd de ruit ingegooid? Cam ne zaman kırılmış?
nld tur Rusten betekent niet de hele dag slapen. İstirahat etmek, bütün gün uyumak demek değildir.
nld tur Het was tachtig meter lang. O, seksen metre uzunluğunda idi.
nld tur Hij ging staan. O, ayağa kalktı.
nld tur Het is niet moeilijk als je studeert. Çalışırsan zor değil.
nld tur Ik werk hier al een paar minuten. Birkaç dakikadır burada çalışıyorum.
nld tur Mijn vader staat vroeg op. Babam erken kalkar.
nld tur Je hoeft niet bang te zijn. Korkmaya gerek yok.
nld tur Hij heeft een dikke nek gekregen. Burnu büyüktü.
nld tur Dat heeft me aan het denken gezet. Bu beni düşündürdü.
nld tur Hoeveel appels? Kaç elma?
nld tur De strijd gaat verder! Mücadele devam ediyor!
nld tur Waarom vertel je me niet wat je je herinnert? Hatırladığın şeyi neden bana anlatmıyorsun?
nld tur Kinderen houden er echt van om op het strand te spelen. Çocuklar plajda oynamayı gerçekten çok seviyorlar.
nld tur Als je honger hebt, smaakt alles goed. Eğer açsan, her şeyin tadı iyidir.
nld tur Hoe oud ben je? Yaşın kaç?
nld tur Hij kan vijf talen spreken. Beş dil konuşabiliyor.
nld tur Dit is niet gratis. Bu beleş değil.
nld tur Weet je die dag nog, dat we dat ongeluk gezien hebben? Kazayı gördüğümüz günü hatırlıyor musun?
nld tur Hij doolt door de nacht. Gece boyunca aylak aylak dolaşır.
nld tur Ik heb een levensverzekering. Hayat sigortam var.
nld tur Wat zei u? Ne dediniz?
nld tur De Centraal-Afrikaanse Republiek wordt ''République Centrafricaine'' genoemd in het Frans. Orta Afrika Cumhuriyeti'ne Fransızca'da "République Centrafricaine" denir.
nld tur Geef het terug! Onu geri ver!
nld tur Sommige van m'n voorouders kwamen uit Polen. Atalarımın bazıları Polonya'dan gelmiş.
nld tur Dit idee bevalt mij niet. Bu fikir hoşuma gitmiyor.
nld tur Alles wat hij zei was juist. Onun dediği her şey doğru.
nld tur Water van een droog land naar het natte Europa exporteren is pure onzin. Kurak bir ülkeden yağışlı Avrupa'ya su ihraç etmek saf çılgınlık.
nld tur Hij verliest altijd zijn gsm. O, cep telefonunu hep kaybediyor.
nld tur Hij werd op 2 km hoogte gedropt. 2 km yükseklikten (paraşütle) atıldı.
nld tur Olifanten zijn er in Afrika en Indië. Filler Afrika ve Hindistan'da bulunur.
nld tur Over een week zullen de lessen weer beginnen. Bir hafta sonra dersler başlayacak.
nld tur Zij is heel handig. O çok zekidir.
nld tur Als je een pen nodig hebt, zal ik je er een uitlenen. Bir kaleme ihtiyacın varsa, sana bir tane ödünç vereyim.
nld tur Het is kwart voor twee. Saat ikiye çeyrek var.
nld tur Hij weet zelfs niet of hij een jongen is of een meisje; O, onun oğlan mı yoksa kız mı olduğunu bilmiyor bile.
nld tur Mensen blijven je verrassen. İnsanların ne yapacakları belli olmuyor.
nld tur Jij was ook heel goed. Sen de çok iyiydin.
nld tur Je moet niet zo gemakkelijk opgeven. Öyle kolay vazgeçmemelisin.
nld tur Zeewater bevat zout. Deniz suyu tuz içerir.
nld tur De bomen botten uit. Ağaçlar filizleniyor.
nld tur Hij is een heer. O bir beyefendi.
nld tur Muiriel is nu 20 jaar oud. Muiriel şimdi 20 yaşında.
nld tur In welke stad woon jij? Hangi şehirde yaşıyorsun?
nld tur Hij studeert geschiedenis aan de universiteit. Üniversitede tarih okuyor.
nld tur Hij schudde bedenkelijk met het hoofd. Kafasını kuşkulu bir şekilde salladı.
nld tur Wat een stomme auto! Ne biçim bir araba!
nld tur Ik heb hem daarover gesproken met de telefoon. Onunla telefonda onun hakkında konuştum.
nld tur Zit je op Facebook? Facebook'ta mısın?
nld tur Hoeveel kost die broek? Bu pantolon ne kadar?
nld tur Al kleedt men een ezel in satijn, 't zal toch altijd een ezel zijn. Eşeğe altından semer vursan, yine eşektir.
nld tur Woon je hier? Burada mı oturuyorsun?
nld tur Ik dacht dat Tom en Mary dat niet nog eens zouden doen. Tom ve Mary'nin bunu bir daha yapmayacaklarını sanıyordum.
nld tur Vandaag is de laatste dag van onze vakantie. Bugün tatilimizin son günü.
nld tur Dit zijn uw zaken niet. Bu senin işin değil.
nld tur Ik ga naar Tokio morgen. Yarın Tokyo'ya gidiyorum.
nld tur Ik sta gewoonlijk op om 6 uur. Ben genellikle saat 6:00 da kalkarım.
nld tur De olie maakte de vloer glad en veroorzaakte zijn plotse val. Yağ, zemini kayganlaştırdı ve onun aniden düşüşüne neden oldu.
nld tur Ik ga in de auto zitten. Arabada oturacağım.
nld tur De jongen stopte zijn hand in zijn zak. Çocuk elini cebine koydu.
nld tur Weg! Defol!
nld tur Vanaf 14 jaar moet je in Nederland een legitimatiebewijs bij je hebben. 14 yaşından itibaren Hollanda'da kimlik taşımak zorunluluğu vardır.
nld tur De kat heeft graag vis, maar maakt niet graag zijn poten nat. Kedi balık ister ama patilerini ıslatmak istemez.
nld tur Laat ons vanavond niet over je werk praten. Bu akşam işinden bahsetmeyelim.
nld tur Ik ben in verwachting. Ben hamileyim.
nld tur Ik ken die dans niet. O dansı bilmiyorum.
nld tur Ik wou dat ik hem had kunnen zien opgroeien. Keşke onun büyüdüğünü görebilseydim.
nld tur Waar zijn we? Neredeyiz?
nld tur Ik ben je baas. Patronunum.
nld tur Die band is waardeloos. O teker değersiz.
nld tur Ik wil niet naar school. Ben okula gitmek istemiyorum.
nld tur Kijk eens om u heen! Etrafınıza baksanıza!
nld tur Doe je best om antwoord te geven. Cevap vermek için elinden geleni yap.